Stichting Hoogeveense Herdenkingsstenen
Stichting Hoogeveense Herdenkingsstenen

Stichting Hoogeveense Herdenkingsstenen

  • Home
  • Herdenkingsstenen Hoogeveen
    • Bestuur
  • Oorlogsslachtoffers
    • Lijst gelegde stenen
    • Lijst te leggen stenen bij de volgende legging
  • Educatie
  • Doneren
  • Contact
  • Zoeken

welkom op de website van Stichting hoogeveense Herdenkingsstenen

Stolpersteine (ook bekend als struikelstenen) is een project van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig. Het is een over geheel Europa verspreid monument voor de slachtoffers van het nationaalsocialisme.

Demnig brengt gedenktekens aan op het trottoir voor de vroegere woonhuizen van mensen die door de nazi's verdreven, gedeporteerd, vermoord of tot zelfmoord gedreven zijn. Deze Stolpersteine herinneren aan Joden, Sinti en Roma, politieke gevangenen, dienstweigeraars, homoseksuelen, Jehova's getuigen en gehandicapten. De kunstenaar noemt ze Stolpersteine omdat je erover struikelt met je hoofd en je hart, en je moet buigen om de tekst te kunnen lezen.

Op de stenen zijn, in een messing plaatje, de naam, geboortedatum, deportatiedatum, plaats en datum van het overlijden gestanst. De kleine stenen (10 x 10 cm) werden lange tijd alle door de kunstenaar zelf gemaakt en geplaatst. Genoodzaakt door de stormachtige ontwikkeling van het project, laat hij zich tegenwoordig door de bevriende beeldhouwer Michael Friedrichs-Friedländer ondersteunen. Incidenteel worden de stenen geplaatst door gemeentelijke stratenmakers. Dit is bijvoorbeeld het geval in Eindhoven, waar het om een zeer groot aantal stenen gaat.

Op 16 december 1992, de vijftigste verjaardag van het bevel van Heinrich Himmler tot deportatie van duizend Roma en Sinti, plaatste Demnig voor het stadhuis van zijn woonplaats Keulen een steen met daarop een messing plaatje met de eerste regels van dit bevel. Op 4 januari 1995 plaatste hij in Keulen de eerste Stolpersteine, toen nog zonder toestemming van de autoriteiten. In mei 1996 plaatste hij, eveneens zonder toestemming, 51 Stolpersteine in de Oranienstraße in Berlin-Kreuzberg. Begin 2018 had hij al 65.000 Stolpersteine geplaatst in 1300 gemeenten en steden in 22 landen.

Sinds januari 2015 wordt het project georganiseerd door de stichting Spuren – Gunter Demnig. Deze zal het project voortzetten als Gunter Demnig daartoe zelf niet meer in staat zal zijn.

Voorbeeld https://www.rtvdrenthe.nl/media/59421/28-nieuwe-Stolpersteine-in-Hoogeveen

Nazi-verschrikkingen staan in 75.000 struikelstenen gebeiteld

BERLIJN - Gunter Demnig plaatste 75.000 ’struikelstenen’ in heel Europa, ter nagedachtenis aan bewoners die door fascisten uit hun huizen werden verdreven. Hij herinnert aan de geschiedenis en het einde van de Tweede Wereldoorlog, 75 jaar geleden.

De struikelstenen voor omgebrachte Joden zijn in heel Europa te zien.

Ⓒ DE TELEGRAAF

In het eeuwenoude Scheunenviertel, de voormalige Joodse buurt van Berlijn, komt een rood busje aanrijden. Een ontvangstcomité, bestaande uit schoolkinderen en buurtbewoners, staat te wachten. Een man met cowboyhoed en werkkleding stapt uit, gaat onmiddellijk aan het werk. Met gereedschap begint hij stenen uit de straat te halen.

„Ik doe dit al een kwart eeuw, in alle landen waar de Wehrmacht onuitgenodigd is geweest”, vertelt Demnig, 72 jaar. Zijn imposante levenswerk is inmiddels over het hele continent te zien, ook in Nederlandse steden als Amsterdam en Rotterdam, waar Joden en anderen onvrijwillig huis en haard moesten verlaten.

Kinderkopjes uit de straat

Met beitels en andere werktuigen haalt Gunter Demmig de kinderkopjes snel uit de straat. Ze verdwijnen in een emmertje. Dan haalt zijn assistente uit de auto Stolpersteine, ’struikelstenen’ van messing, met daarop de namen van meestal Joodse personen, die hier tot de Tweede Wereldoorlog woonden. Voor 120 euro kan een steen besteld en geplaatst worden.

Struikelsteen T.J. Carper onthuld

19 nov. 2019 20:05

Een indrukwekkend moment dinsdagmiddag ter hoogte van de Zuiderweg 42.

Lees meer »

Stenen het Haagje onthuld

7 nov. 2018 20:47

Op een druilerige dinsdag middag zijn aan het Haagje 28 herdenkingsstenen onthuld.Hiermee heeft Hoogeveen nu 44 herdenkingsstenen die de slachtoffers herdenken die omgekomen zijn door het Nazi regime.De Hoogeveense Courant was hierbij aanwezig en heeft een mooi verslag geschreven: Stolpersteine onthuld, de Hemel huilt

Lees meer »

Uitnodiging voor de onthulling stenen het Haagje

7 okt. 2018 16:23

Op 23 oktober vind de onthulling plaats van 28 herdenkingsstenen bij 7 plaatsen aan het Haagje.Geïnteresseerden mogen hierbij aanwezig zijn.

Lees meer »

Stenen ter nagedachtenis aan familie Wijnberg

2 okt. 2018 18:43

Hoogeveen - Een kleine, sobere plechtigheid vrijdagmorgen 12 augustus 2016 in de Van Echtenstraat. Ter hoogte van nummer 3 werden vier struikelstenen geplaatst.

Lees meer »

De eerste stenen zijn gelegd

1 okt. 2018 18:43

In Hoogeveen werden op woensdag 5 november 2014 in de Hoofdstraat de eerste Stolpersteine geplaatst. Tien in totaal. De ceremoniële plaatsing gebeurt voor de Hoofdstraat 206. Daar waar Benjamin Maurits Willem van Zuiden woonde. Hij is slechts 15 jaar oud geworden

Lees meer »
  • (1 / 1)
  • 1

Kunstenaar Gunter Demnig, die 75.000 struikelstenen in heel Europa voor omgebrachte joden plaatste.

Ⓒ DE TELEGRAAF

’Hier woonde Avrom Goldschal. Geboren 1923’, staat er in telegramstijl. ’Polen-Aktion 1938. Arbeitslager Rzeszow. Lot onbekend.’ Meestal eindigt de deportatie met de dood, zoals met zes miljoen Joden, van wie anderhalf miljoen kinderen, en vele socialisten, sociaaldemocraten, oppositieleden, homoseksuelen, gehandicapten en zigeuners.

Maar sommigen hadden geluk. Zoals de zus van Avrom, Rosa Goldschal, geboren in 1929. Zij kreeg van Gunter Demnig ook een herdenkingssteen. ’1938

Kindertransport Engeland’, staat erop, de laatste overlevingsmogelijkheid voor tienduizend Joodse kinderen tussen 6 en 16 jaar, die van hun tot de dood veroordeelde ouders gescheiden werden en aan Hitlers dodelijke ’Duizendjarige Derde Rijk’ ontkwamen.

Halsoverkop vluchten

„Ze kwamen tot ons als de pest. Waarom we niet weg konden? Waarom boete doen, voor welke zonde?” zingt een verdrietig kinderkoor. De aanwezigen denken aan diegenen, die hier ooit woonden. En ze hoe ze eind jaren dertig halsoverkop moesten vluchten, of door de nazi’s naar kampen gedeporteerd werden: „Zoiets mag nooit meer gebeuren”, zegt lerares Sigrun Marks zacht.

Acht muzikanten begeleiden met instrumenten de vijf scholieren van haar protestantse school in Bezirk Mitte, de centrumwijk. Die zingen: „Ik heb een thuis gehad, kamers vol met liefde, daarna kwamen vijandschap en de dood, vernietigden alles.” De lerares, Frau Marks, verklaart het engagement van haar pupillen: „Via hen bouwen we een brug naar het verleden. En we herdenken de heerschappij van de nationaalsocialisten.”

Om de hoek ligt de Rosa Luxemburg-Platz, vernoemd naar de strijdbare socialistische leider die door nationalistische milities werd vermoord. Later, onder Hitlers regime, werd het plein naar de eveneens vermoorde nazileider Horst Wessel benoemd.

Herdenkingsdiensten

Scholieren en buurtbewoners, toeristen en historici leren al jaren over de verhalen van de families die verdreven werden. Niet alleen nu, tijdens de herdenkingsdiensten die door het coronavirus moeilijk zijn, of tijdens de jaarlijkse mis ter nagedachtenis aan de Rijkskristalnacht in 1938 op 9 november. Maar gedurende het hele jaar.

Het onrecht was schrijnend. „Hier, in de Almstadstraße die vroeger Grenadierstraße heette, woonde een schoenmaker”, vertelt kunstenaar Demnig. „Later begon hij een textielfabriek in Berlijn, er werkten twintig mensen. Hij was leverancier voor grote warenhuizen als het fameuze Kaufhaus des Westens en het Joodse Wertheim. Maar na de Neurenberger rassenwetten in 1935 werd hij veroordeeld, en zijn bedrijf in beslag genomen.”

In een café komt Gunter Demnig, gekleed in spijkerblouse, met rode halsdoek en veel zilveren ringen, na het leggen van de laatste struikelstenen op adem. Zijn dagelijks leven met eigen stichting en vijf medewerkers is al jarenlang van minuut tot minuut volgepland. Hij strijkt even door zijn grijze baard en nipt aan een cappuccino.

Hele en halve neonazi’s

Wat zijn motivatie is? „Kijk, we hebben extreem-rechtse AfD-politici, echte rattenvangers, hele en halve neonazi’s als Björn Höcke die aan de Holocaust twijfelen. En recente moordaanslagen zoals op de bomvolle synagoge in Halle, op tien buitenlanders in Hanau.”

Er werden ook enkele honderden ’struikelstenen’ uit de grond gehaald door onverlaten. „Maar dat is een uitzondering, een procentpuntje op de vele tienduizenden die ik al gelegd heb.” Daarom stopt hij cement rond de goudgerande struikelstenen, zodat de bodem vast blijft.

Demnig hoopt dat de kiezers van de radicaal-rechtse partijen merken dat er vooral vooroordelen bediend worden. „Je merkt dat het racisme in Duitsland toeneemt.” Voor zijn werk kreeg de onvermoeibare kunstenaar de hoogste Duitse onderscheiding van de president uitgereikt

 

Bron: de Telegraaf 26 april 2020

Door Rob Savelberg

Een mens is pas vergeten als zijn naam is vergeten

Mijn eerste ‘Stolpersteine’ moet ik nog voor de eeuwwisseling in Charlottenburg hebben gezien, een wijk in Berlijn waar veel beter gesitueerden wonen.

 
Je hoefde geen kwartjesvinder te zijn om ze op te merken; de in het plaveisel gemetselde vierkante, koperkleurige ‘struikelblokjes’ vingen automatisch de aandacht van de passant. Even bukken en het inschrift lezen, stilstaan bij het feit dat hier iemand heeft gewoond die naar een concentratiekamp is afgevoerd en omgebracht. 


Een jaar of tien later zag ik ze op steeds meer plekken, ook in Amsterdam, maar nauwelijks in mijn vroegere woonwijk de Transvaalbuurt, hoewel er in de oorlog veel Joden woonden die vanuit deze ‘concentratiewijk’ naar de vernietigingskampen zijn gedeporteerd. Maar kon je van de huidige bewoners wel verwachten dat ze zich betrokken voelen bij de onzalige geschiedenis van hun buurt en zijn Joodse bewoners? En waar komen die ‘struikelstenen’ eigenlijk vandaan, wat moet er gebeuren om ze in het trottoir voor je huis te krijgen en wat is daarbij de rol van de gemeente? Wie maakt ze, wat kosten ze en wie moet dat betalen?

 

 

 

 

Kunst- und Erinnerungsprojekt Stolpersteine

 

Op 16 december 1992 plaatste beeldend kunstenaar Gunter Demnig in het plaveisel voor het oude stadhuis van zijn woonplaats Keulen een eerste Stolperstein, om eraan te herinneren dat precies vijftig jaar eerder Himmler met zijn ‘Auschwitz-Erlass’ het bevel gaf om Roma en Sinti te deporteren. Toestemming had Demnig hiervoor niet, maar het ging zoals bij wel meer kunstenaars- en burgerinitiatief: de gemeente gedoogt en gaat het hopelijk faciliteren of overnemen – wat in Keulen nog acht jaar zou duren. In die tijd ontwikkelde Demnig met vrienden zijn ‘Kunst- und Erinnerungsprojekt Stolpersteine’ – want het gaat wel degelijk ook om kunst – en legde, nog steeds illegaal, steentjes in Keulen en in Berlijn-Kreuzberg. Het zijn welbeschouwd kasseitjes, van beton, tien bij tien bij tien centimer groot, met daarop bevestigd een messing plaatje dat aan de hoeken is afgeplat en waarin tekst is gestanst: ‘Hier woonde’, gevolgd door een naam en de data van geboorte, deportatie en overlijden, en in welk kamp dat was.

 

Hij bracht het hele traject van aanvraag tot en met plaatsing onder in de ‘Stiftung – Spuren – Gunter Demnig’, die nu zes medewerkers telt. De productie heeft hij uitbesteed aan beeldhouwer Michael Friedrichs-Friedländer, die in zijn Berlijnse atelier met twee medewerkers maandelijks 440 Stolpersteine vervaardigt. Om de verdenking dat hij lekker binnenloopt met zijn Stolpersteine te ontzenuwen – alleen al in Duitsland liggen er inmiddels 75.000 – legt Demnig in interviews en op zijn website verantwoording af over de kosten en inkomsten.

 

Elke steen wordt geheel met de hand vervaardigd, elke letter wordt apart in het plaatje gestanst. Van machinale serieproductie moet Demnig niets hebben, de naamloos gemaakte slachtoffers van industriële massavernietiging krijgen zo elk een naam en een unieke steen. Ook het plaatsen van de stenen mag geen routine worden en dient stuk voor stuk te gebeuren. De belastingdienst van Keulen heeft nog geprobeerd om 19 procent omzetbelasting te heffen omdat het om massaproductie zou gaan, maar het gematigde tarief van 7 procent werd uiteindelijk gehandhaafd.

 

Elke cent gaat naar de stichting

 
Een Stolperstein kost 120 euro, maar buiten Duitsland wordt sinds februari dit jaar 132 euro gerekend, gezien de gestegen materiaal- en transportkosten. De stichting keert Demnig een ‘modaal salaris’ uit, Friedrichs-Friedländer krijgt 50 euro per steen. In die 120 of 132 euro zijn nog heel wat posten verdisconteerd: materiaal-, loon- en organisatiekosten, waarbij de stichting de door de aanvrager verstrekte gegevens voor de tekst op de Stolperstein controleert bij archieven en instellingen, het transport per post en auto, Demnigs reiskosten (exclusief een overnachting), de databank waarin alles wordt opgeslagen, en de kosten voor website, IT-ondersteuning en educatie voor schoolklassen. Elke cent gaat naar de stichting, van dit businessmodel wordt niemand rijk.
 

Demnig vond dat de herdenkingscultuur in Duitsland, de officiële plechtigheden op een centrale plek waarbij gezagsdragers vaak een krans deponeren of een voorspelbare tekst uitspreken, tekortschoot en voor het grote publiek steeds minder betekenis had. Zijn Stolpersteine daarentegen, in het trottoir aangebracht, dus in de alledaagse publieke ruimte, konden elke voorbijganger figuurlijk laten struikelen (‘stolpern’) en de onbevattelijkheid van de Holocaust en het abstracte getal zes miljoen opeens en overal concretiseren in kleine gedenktekens. 

 
Daarop staan overigens niet alleen de namen van omgebrachte Joden, maar ook van andere slachtoffers van het naziregime: Roma en Sinti, homoseksuelen, Jehova’s getuigen, vrijmetselaars, politieke gevangenen, gehandicapten en dienstweigeraars. ‘Een mens is pas vergeten als men zijn naam is vergeten,’ refereert Demnig aan de Talmoed. Hij wil de slachtoffers die in het concentratiekamp tot nummers waren gemaakt – die werden immers op hun onderarm getatoeëerd – hun naam teruggeven. De stenen worden overigens alleen geplaatst bij het laatste zelfgekozen woonadres van een slachtoffer, dus niet op plekken waar Joden gedwongen werden samengebracht.

Particulieren of organisaties die via zijn website een Stolperstein aanvragen moeten rekenen op negen maanden wachttijd en krijgen een halfjaar van tevoren bericht wanneer de steen kan worden geplaatst; Demnigs routeschema wordt minstens een halfjaar vooruit vastgelegd. Betalen hoeft pas na levering. De aanvrager moet zelf de dienst publieke werken in zijn gemeente inschakelen – het wegdek wordt immers opengebroken – en zelf eventuele nabestaanden uitnodigen die de steenlegging willen bijwonen, maar hij mag hen niet om een bijdrage vragen. Een geplaatste steen wordt gemeentelijk bezit, maar het onderhoud wordt meestal aan particulieren en schoolklassen overgelaten. Ook al zullen voetgangers onwillekeurig niet over de stenen lopen, ze verkleuren toch door straatvuil en de elementen. Schoonmaken, met lap en poetsmiddel, gebeurt vaak op de herdenkingsdag voor de Holocaust (27 januari) of de Kristallnacht (9 november).

In Europa liggen nu in 26 landen Stolpersteine, de meeste in Duitsland – in Berlijn meer dan 8200 –, maar niet in Rusland, Wit-Rusland, Portugal, Estland en Bulgarije, en ook niet op de Balkan, Kroatië uitgezonderd. Sommige grote steden en hoofdsteden (Parijs bijvoorbeeld, men vindt dat er al genoeg gedenktekens zijn) doen niet mee, en München, ooit de hoofdstad van het nazidom, is een geval apart. Hier was Charlotte Knobloch, Holocaust-overlevende, voorzitter van de Joodse gemeente (en oud-voorzitter van de Zentralrat der Juden in Duitsland) fel tegenstander van Stolpersteine; Joodse slachtoffers werden volgens haar dan (opnieuw) ‘met voeten getreden’ en passanten werden zo tot ‘herdenkingsdaders’. Omdat ook de burgemeester en de gemeenteraad, zich beroepend op de kritiek uit de Joodse gemeente, tegen waren, liggen er in München tot op heden alleen Stolpersteine op privéterrein. Andere prominente Joden waren en zijn overigens vóór de Stolpersteine. Een paar honderd al door Demnig vervaardigde stenen werden in München zolang maar opgeslagen. De gemeente voelde zich wel moreel verplicht om een andere kunstenaar een alternatief te laten uitvoeren: smalle, manshoge gedenktekens van staal, waarop twaalf namen van slachtoffers passen.

 

München is geen uitzondering. Er zijn meer gemeenten niet gediend van struikelstenen. Ze laten toestemming meestal wel afhangen van de lokale Joodse gemeenschap, zoals het natuurlijk hoort, maar voeren ook doorzichtige redenen aan om niet mee te werken: men vreest voor ophef, diefstal of vandalisme door extreemrechts, of huiseigenaren zouden bang zijn voor waardevermindering van hun woning.

 

In oostelijk Duitsland ergert de rechts-populistische AfD zich aan het steeds weer plaatsen van Stolpersteine en spreekt van ‘herinneringsdictatuur’. Andere gemeenten hebben deugdelijker argumenten. Ze wijzen de Stolpersteine om technische of inhoudelijke redenen af en bedenken zelf wat. Dat Demnig hun op korte termijn geen grote aantallen stenen kan en wil leveren, lijkt een goed argument; het liefst wil een gemeentebestuur er natuurlijk in één keer ‘vanaf zijn’. De gemeente Amersfoort bijvoorbeeld liet 433 zogeheten Herdenkingsstenen plaatsen die sterk op Stolpersteine lijken en zocht tevoren uit of dat juridisch door de beugel kon. Sinds 2015 zijn in diverse Nederlandse steden soortgelijke stenen gelegd.

In de loop der jaren zijn overal in Europa verschillende soorten afgeleide gedenkstenen geplaatst. Sommige gemeenten laden daarmee de verdenking op zich dat ze hun ‘herinneringsschuld’ liever zelf inlossen en beheren dan afhankelijk te blijven van Demnig. Deze beschouwt de alternatieven soms als plagiaat, zoals de ‘Steine der Erinnerung’ die in Wenen zijn gelegd, maar hij heeft zijn eigen concept ook uitgebreid, onder andere met de ‘Stolperschwelle’ (struikeldrempel), om zo aan veel slachtoffers tegelijk te kunnen herinneren, voor wie anders tientallen of zelfs honderden stenen op dezelfde plek hadden moeten worden gelegd. Demnig bedacht ook de ‘remembrance stones’ die herinneren aan de slachtoffers van Franco. De eerste stenen werden op Mallorca gelegd, voor de burgemeesters en burgers die er vanaf 1936 door de falangisten werden vermoord.

 

In Nederland worden sinds 2007 Stolpersteine gelegd. Borne had de primeur. Een inwoner had in Berlijn Stolpersteine gezien, ontdekt dat in haar huis een Jood had gewoond die was gedeporteerd, en contact gezocht met Demnig. De eerste Stolperstein in Nederland was voor Izak Zilversmit. De Stichting Gedenkklinker Borne heeft meer dan negentig stenen kunnen plaatsen. Inmiddels zijn in meer dan 150 steden en gemeenten meer dan zevenduizend Stolpersteine gelegd. Al die stenen – vaak worden de locaties ook op internet vermeld – bepalen de voorbijganger voor even bij het lot van Joden en andere nazislachtoffers die in zijn buurt of gemeente hebben gewoond, en ze bieden ook een aanleiding om zich in hun levensgeschiedenis te verdiepen.


De agenda op Demnigs website vermeldt vanaf 2009 van dag tot dag waar de Stolpersteine werden gelegd.

 

Oktober vorig jaar was Nederland weer aan de beurt, in acht dagen werden Wapenveld, Heerde, Warffum, Uithuizermeerden, Roodeschool, Oosternieland, Oudeschip, Purmerend, Amsterdam, Diemen, Heemstede, Den Haag, Utrecht, Sliedrecht, Arnhem en Venray aangedaan. Omdat aanvragers vaak lang op hun Stolpersteine moeten wachten, is in Amsterdam eind vorig jaar een nieuwe stichting opgericht die, in overleg met Demnig, zorg moet gaan dragen voor het plaatsen van Stolpersteine in de hoofdstad. 

 

Door de coronacrisis moet ook Demnig in 2020 enkele maanden thuisblijven. De agenda zit nog tot maart 2021 vol, maar het leggen van stenen uitstellen is geen optie. Aanvragers mogen het zolang de crisis aanhoudt zelf doen, maar worden wel vriendelijk verzocht een foto van de plaatsing naar hem op te sturen. De kunstenaar, inmiddels 72, rijdt sinds 18 juni weer met zijn busje door Europa om de struikelstenen zelf te leggen.

 

Bron: VPROgids Zomerspecial: Struikelstenen 30 juni 2020

Door Maarten van Bracht

 

 

Doneren
© 2018 - 2021 Stichting Hoogeveense Herdenkingsstenen